Een geluk bij een ongeluk
Waar mijn interesse in groepsgedrag vandaan komt? Door met sociale psychologie en groepsgedrag in aanraking te komen tijdens mijn studie psychologie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Maar er is nog een reden, één die persoonlijker is. Op de basisschool was ik de kleinste van mijn klas (terwijl ik nu 1.90m ben). En ik ben veel gepest. Ik heb letterlijk en figuurlijk alles naar m’n hoofd geslingerd gekregen. Nooit heb ik begrepen waarom iemand dit een ander zou aandoen. Dat ik deze ervaringen een plek heb weten te geven, heeft me op latere leeftijd veel gebracht in termen van vertrouwen in mezelf en weten met wie je wel en niet wil omgaan. Geluk bij een ongeluk, want dat vertrouwen had ik hard nodig toen ik tijdens mijn studie erachter kwam dat mijn studie me niet meer motiveerde. Ik wilde aanvankelijk namelijk klinisch psycholoog worden en plots niet meer. Sociale psychologie was interessanter, vond ik in ieder geval. Het was voor mij wel onduidelijk wat je precies kon worden als je dat gestudeerd had. Wat een sociaal psycholoog precies deed werd me niet helemaal duidelijk. En wat ik ervan las, een focus op onderzoek doen, dat vond ik ook niet geweldig. De kennis die ik opdeed echter wel. Door ‘wat’ studievertraging kwam wel een tweede momentje van een geluk bij een ongeluk: in de tijd dat ik studievertraging had, werd er een hele nieuwe opleiding in het leven geroepen. Ik kreeg zo dus de kans om een geheel nieuwe opleiding te gaan volgen, onderdeel te zijn van een primeur, onderdeel te zijn van de praktische masteropleiding Gedragsverandering.
Sexy
Niet dat het meteen duidelijk was wat je met deze opleiding voor baan kon krijgen (immers was de opleiding nieuw), maar het gevoel dat ik onderdeel was van iets nieuws, dat ik bijdroeg aan een ontwikkeling en dat ik deels zaken zelf nog moest ontdekken en invullen, sprak mij zeer aan. Het was een inzicht dat ik hier graag met je deel. Dat de kennis die je opdoet en leert van groot belang is, maar je je eigen vaardigheden, persoonlijke karakteristieken en eigenschappen niet moet onderschatten. Zo kwam ik er tijdens mijn (master)opleiding achter dat ik veel beter was en veel meer lol had in de praktische toepassing van kennis dan in het leren van kennis en deze herhalen op een tentamen. Ik bleek een praktijkmens te zijn. En na mijn studie was het dan ook snel besloten: ik ga een onderneming starten in dit nieuwe werkveld Gedragsverandering. Vond ik ook wel sexy klinken als mensen me vroegen wat ik voor werk deed, dat ik dan kon zeggen: “oh, ik heb een eigen bedrijf”. Die “oh” hoorde er ook echt bij, maakte het wat nonchalanter. Uiteraard is dat sexy er snel vanaf als je bedenkt dat je als sociaal psycholoog geen idee hebt van wat er komt kijken bij het runnen van een bedrijf. Iets wat voor vriend en vijand al eerder duidelijk leek. Wetende dat ik op mezelf en collega’s kon vertrouwen, uitdagingen aanging en bereid was om opnieuw te beginnen om mijn weg te vinden en iets op te bouwen, maakte dat ik wist dat het goed zou komen. En het kan raar lopen: na 8 jaar gaat het heel goed met de onderneming, is er een tweede dienst bijgekomen en staan er nog veel mooie zaken op de planning.
Spreker (worden)
Ik mag wel eens een lezing of workshop verzorgen. Ook voor studenten. Die vinden dan een zekere troost door mijn verhaal. Sommigen zijn ook gepest. Sommigen weten ook niet zo goed wat ze aan moeten met veranderende interesses. En sommigen hebben ook ‘wat’ studievertraging. Ik geef er altijd wel bij aan dat ik spreker ben geworden. Het gaat niet om ‘kijk mij eens’. Het gaat wel om weten wat je wil en kan. Het is makkelijk gezegd; “ik weet het niet” of “dit is het niet”. Maar wat dan wel? En realiseer je dat niemand iets komt aanwaaien. Studenten leg ik wel eens het volgende scenario voor: je studeert hard voor een tentamen en haalt een 6 en iemand waarvan je weet dat die helemaal niks gedaan heeft en de avond ervoor nog in de kroeg stond, die haalt een 9. Wat doe je? Het antwoord is toch vaak “balen”, al dan niet gecombineerd met “iets slechts over die persoon zeggen of denken”. Terwijl je ook aan die persoon zou kunnen vragen hoe hij of zij dat voor elkaar heeft gekregen. En geloof me dat uiteindelijk toch altijd zal blijken dat er hard werken aan vooraf ging. Spreker worden was voor mij hetzelfde traject: ik vond wat van sommige docenten, ik vond wat van presentatoren en presentaties die ik zag, ik vond iets van sprekers. Nou, als je het dan zo goed weet, laat dan maar zien. Ik ben (daarin) rustiger geworden. En ik leer nog elke keer. De volgende tips komen voort uit gesprekken met studenten, beginnende ondernemers en beginnende sprekers.
1. Laat je niet ontmoedigen, met name niet door oudere generaties.
Verbijsterd kan ik luisteren naar vragen van vaders en moeders als “maar wat ga je later dan doen?”. De oudere generaties worden op dit moment (in negatieve zin) gekenmerkt door lage betrokkenheid bij werk, hoge ziekte- en verzuimcijfers en scheidingen. Niet dat oudere generaties iets niet goed doen of om nu iemands problemen te bagatelliseren. De vraag is wel of niet voldoen aan een beeld van deze generatie over wat werk moet betekenen jou een slecht gevoel moet geven. Niemand kan de toekomst voorspellen. En tijden veranderen.
2. Ga voor jezelf eens na wat jouw meest typerende vaardigheid is, los van je studie.
Zoals dat ik altijd al wel iets had met spreken en presentaties geven. Misschien vind je schrijven leuk. Of social media. Of een specifieke sport. Ga voor jezelf na of de combinatie van deze dingen (dus bijvoorbeeld bloggen over het onderwerp van je studie) of het uitblinken in beide dingen (je studie én je sport bijvoorbeeld) het doel is. En ga aan het werk.
3. Ga eens na wie de 5 mensen zijn die je het meeste spreekt.
Niet de mensen die je het meeste wil spreken of denkt dat je het meeste moet spreken maar die 5 mensen die je daadwerkelijk het meeste spreekt. Kan iedereen zijn, van mede-studenten tot collega’s of je vriend(in) of moeder. En bedenk dan of deze 5 mensen je echt steunen en beter doen voelen, je laten leren. Wees eerlijk. Als dit niet het geval is (bij één iemand of meerderen), betekent ook echt niet dat je ze nooit meer hoeft te spreken. Bedenk je dat deze 5 mensen een grote invloed op je hebben en je wil dat dit een positieve invloed is. Dus zorg voor de 5 juiste mensen.
4. Het belangrijkste wellicht: heb lol.
Het is makkelijk om te denken dat het zwaar is omdat je en moet studeren en moet werken en moet sporten en bij je vrienden moet zijn en je familie moet zien. En ga zo maar door. Heb lol in wat je doet en hoe je het doet. Tegenslagen horen er bij maar structureel weinig energie hebben of het gevoel hebben dat je altijd aan het rennen bent, is niet gezond op de lange termijn. En voel je dat je niet lekker in je vel zit, zet dan stappen. Ga met (een professioneel) iemand praten en vervang mensen of activiteiten die je remmen. Zorg voor jezelf en heb lol.